06 Gevaarlijke stoffen - Organisme
 >  Ongewenste blootstelling aan gevaarlijke stoffen
Introductie

Tijdens ons werk kunnen we op vele manieren in aanraking komen met gevaarlijke stoffen in zowel vaste, vloeibare of gasvormige toestand. In principe moet voordat een werk gestart wordt alle gevaren en risico's in kaart worden gebracht, en beheersmaatregelen worden vastgesteld. Maar soms komen we onverwachte situaties tegen, bijvoorbeeld:

  • een onbekende bodemverontreiniging met zware metalen, minerale olie, PAK of andere stoffen;
  • vrijkomende bodemgassen zoals zwavelwaterstof;
  • gebruik van een verontreinigd product (asbest in straalgrit bijvoorbeeld);
  • schuren van chroom-6 houdende verflagen;
  • morsen van brandstoffen, olie en smeermiddelen bij tanken en onderhoud.

Deze toolbox gaat niet over biologische gevaren. Deze komen in een separate toolbox aan de orde.
Risico's > Wat kan er gebeuren?

De grote diversiteit aan gevaarlijke stoffen maakt dat niet eenduidige risico's te geven zijn. Daarom wordt hieronder ingegaan op mogelijke risico's bij de 3 blootstellingsroutes:

Inademen van gas, damp en stof:
Inademen van stof of dampen kan leiden tot irritatie van luchtwegen, hoofdpijn, misselijkheid of op langere termijn zelfs long- of zenuwaandoeningen (bijv. door minerale olie, asbest, chroom-6, zandsteen of PAK’s). Er kunnen acute effecten zijn zoals bewusteloosheid of flauwvallen.

Huidcontact:
Sommige stoffen (zoals minerale oliën of oplosmiddelen) kunnen via de huid het lichaam binnendringen en daar schade aanrichten aan organen en/of zenuwstelsel, of ze kunnen een huidirritatie veroorzaken.

Inslikken:
Bij inslikken door onvoldoende hygiëne (eten, roken, drinken met vuile handen bijv.) kan de gevaarlijke stof in het lichaam komen en daar schade aanrichten. 

Maatregelen > Wat moet je doen?

Denk je dat je ongemerkt en ongewenst blootgesteld bent aan gevaarlijke stoffen volg dan de volgende procedure.


1. Stop onmiddellijk het werk

  • Zet het werk direct stil als je denkt dat je met een gevaarlijke stof in contact bent gekomen (bijv. stof, damp, vloeistof, verontreinigde grond).
  • Waarschuw collega’s in de directe omgeving en voorkom dat anderen in contact komen met de stof

2. Verlaat de werkplek veilig

  • Verlaat de verontreinigde zone rustig maar snel.
  • Blijf uit de windrichting van dampen of stof.
  • Raak niets meer aan dat mogelijk besmet is.

3. Meld de situatie direct

  • Informeer je leidinggevende, uitvoerder of veiligheidskundige onmiddellijk.
  • Vermeld:
    - Wat er is gebeurd;
    - Welke stof vermoed wordt;
    - Hoe je ermee in contact bent gekomen (inademing, huid, inslikken, enz.);
    - Of er anderen mogelijk ook blootgesteld zijn.
  • Laat het gebied afzetten of markeren totdat een deskundige (bijv. veiligheidskundige of milieukundig begeleider) de situatie beoordeeld heeft.
  • Zorg dat niemand zonder toestemming het gebied betreedt.

4. Persoonlijke hygiëne

  • Verwijder besmette kleding voorzichtig en berg die op in een afsluitbare zak.
  • Was handen, gezicht en huid met water en zeep.
  • Eet, drink of rook niet tot je volledig gereinigd bent.

5. Eerste hulp en medische beoordeling

  • Ga naar de BHV’er EHBO-post voor eerste controle.
  • Bij klachten zoals benauwdheid, misselijkheid, huidirritatie of branderigheid: laat een arts beoordelen.
  • Indien er sprake is van contact met bekende gevaarlijke stoffen (bijv. asbest, chroom-6, PAK’s, zuren of oplosmiddelen)
    - Laat een bedrijfsarts of arbodienst de blootstelling registreren
    - Vraag naar eventueel bloed- of urineonderzoek bij chemische blootstelling.

6. Registratie en opvolging

  • Noteer het incident in het ongevals- of meldingssysteem (MaxiApp)
  • Leg of laat vastleggen:
    - Tijd, locatie, vermoedelijke stof;
    - Betrokken personen;
    - Wat er is gedaan (eerst hulp, reiniging, artsbezoek)
  • De veiligheidskundige beoordeelt of er sprake is van een meldingsplichtig incident (bijv. richting bevoegd gezag of opdrachtgever).
  • Volg instructies voor nazorg of monitoring als dat wordt aanbevolen.
  • Bij ongewenste blootstelling aan CMR-stoffen moet dit in het personeelsdossier worden vastgelegd.
Discussie > Bespreek het met je collega’s!

Ga met elkaar in gesprek over het volgende:

  1. Welke signalen kunnen erop wijzen dat je te maken hebt met een gevaarlijke stof?
  2. Wat doe jij als je een onbekende leiding of verontreiniging aantreft?
  3. Hoe kun je elkaar helpen om alert te blijven op dit soort risico’s?

Scan de volgende code met de app om deze toolbox te bekijken.